Mijn column in De Waarheidsvriend van 14 maart.
Wat is waarheid? De vraag die Pilatus al stelde, blijft ons bezig houden. Ook in een tijdperk post truth (voorbij de waarheid), waarin de beeldvorming belangrijker is dan de waarheid. Er zijn wel fact checkers, die uitzoeken of de cijfers die een politicus gebruikte, wel kloppen en of zijn verhaal wel spoort met de werkelijkheid. Vlak voor de verkiezingen zijn er ‘feiten’ en checks te over. Toch helpt al dat checken van feiten niet echt. De politici die de zaak het meest verdraaien, komen er meestal toch mee weg.
Hoe komt dat? Volgens mij heeft dat te maken met een verschil tussen feiten en waarheid. Feiten op zichzelf zijn nog niet de waarheid. Mensen die feitencheckers van kranten niet geloven, omdat die ook hun belangen hebben, voelen dat misschien wel aan. Feiten vragen altijd om interpretatie, om schikking in een bepaalde orde, een zinvol verband. Feiten vragen om een verhaal dat je erbij vertelt, zoals elke verkoper, manager en dus ook elke politicus weet. Je kunt het niet over feiten hebben zonder interpretatie. Waarheid gaat intussen niet zozeer over de vraag of een enkel feit klopt, maar over het verband tussen de feiten, over het grote verhaal. Daarom kun je de waarheid ook liefhebben en er een vriend van zijn, zoals de lezers van dit blad weten.
In de moderne tijd spreken velen liever over feiten dan over waarheid, want waarheid kun je niet meten en over waarheid kun je geen overeenstemming bereiken, zegt men. Maar er is geen ontkomen aan: feiten zijn namelijk niet los verkrijgbaar. De waarheidsvraag moet op tafel komen.
Hoe nuttig de verheldering van de feiten ook is, de vraag naar de waarheid is er niet mee opgelost. Eigenlijk had Pilatus, met al zijn cynisme, dat wel scherp gezien. Wat hij niet zag, was de Waarheid in eigen persoon, Jezus Christus. Het ene feit van Jezus’ opstanding zet alle feiten in een nieuw licht en een nieuw verband. Sinds Hij opstond, is zelfs het feit van iemands dood niet meer het einde van alles. Gelukkig is dat de waarheid.