Mijn column in het Reformatorisch Dagblad van 30 oktober.
Weinig termen hebben zo’n imagoprobleem als ‘dogmatiek’. Dogmatiek geldt als dor en droog, abstract en star, kleingeestig in het kwadraat. Als een standpunt ‘dogmatisch’ genoemd wordt, is het daarmee afgeserveerd. Ook beoefenaars zelf van het vak dat vroeger dogmatiek werd genoemd, spreken meestal bij voorkeur van ‘systematische theologie’.
In dat licht is het opmerkelijk dat dr. G. van den Brink en dr. C. van der Kooi hun nieuwe standaardwerk ‘Christelijke dogmatiek’ hebben genoemd. Ze hebben er wel over geaarzeld of het niet ‘Inleiding in de theologie’ moest heten. Toch is het een dogmatiek geworden. Gelukkig maar.
Uit de eerste reacties blijkt dat veel mensen, binnen en buiten kerk en theologie, die term dogmatiek wel stoer vinden. Dogmatiek is niet iets om je voor te schamen, maar om zelfbewust mee naar buiten te treden. In de christelijke leer gáát het ergens over: het geraamte van je bestaan, een concrete weg om te gaan. Dat verhaal verdient het verteld te worden in een wereld vol onzekerheid, waar de schroef van hedonisme en narcisme dol gedraaid lijkt. Dogmatiek biedt grond onder de voeten.
Die fiere dogmatiek gaat intussen gepaard met gepaste bescheidenheid. Het motto van het boek is: ‘Wat hebt u dat u niet hebt ontvangen?’ Het is ook de grondtoon van het hele werk. Wij mensen zijn ontvangers van Gods openbaring en van de rijke christelijke traditie. Wij kijken niet over Gods schouder mee vanuit de eeuwigheid, zodat we weten hoe alles in elkaar steekt. De ideale dogmaticus is niet de alweter, maar de arme van geest, een mens met lege handen, een ontvanger.
Deze combinatie van fierheid naar buiten en bescheiden ontvangen is wat mij betreft een belangrijk christelijk oriëntatiepunt. Geregeld ontmoet je het tegengestelde. Een zeer bescheiden presentie in het publieke domein gepaard aan grote woorden vanuit vastgeroeste en daarom compleet voorspelbare standpunten, of het nu over heilsorde, verkiezing of kerkbegrip gaat. Dat is dogmatiek in de slechtste betekenis van het woord. In Bijbels licht is het een veeg teken als je meent alles al op orde te hebben. Zit daaronder misschien de onzekerheid dat de geharnaste waarheden het niet houden in de confrontatie met de buitenwereld?
Kerk en wereld kunnen wel wat dogmatiek gebruiken.